Prachtrosella (Platycercus eximius)

Grootte: ongeveer 29 tot 33 centimeter.
Geslachtsonderscheid: moeilijk te onderscheiden. Over het algemeen zijn de vrouwtjes wat matter van kleur en hebben ze soms ook een kleinere snavel. Daar hebben ze lichtgekleurde veertjes rond de ogen.
Komt voor: Zuidoosten van Australië
Broed duur: ongeveer 21 dagen.
Ringmaat: 6

In de natuur zijn het sociale vogels. Echter in de volière kunt u beter een paar per vlucht onder te brengen. Vooral de mannetjes kunnen onderling erg onverdraagzaam zijn. Zelfs door het gaas heen kunnen ze elkaar verwonden.  Deze vogels kunnen redelijk goed tegen de kou. Een vorstvrij nachthok is wel een must.

Prachtrosella’s eten een zaadmengsel voor grote parkieten en daarnaast fruit en wat groenvoer. Zoals bij elke vogel mag een een gritmengsel niet ontbreken.

De Prachtrosella’s zijn levendige en beweeglijke vogels die zowel vliegen als klimmen. Badderen en knagen doen ze graag. Wilgentakken zijn daarvoor een optie. Beplanting heeft daarom geen zin. Deze parkieten, een van de mooiste soorten die wij kennen, kunnen best luidruchtig zijn als ze opgeschrikt worden. De kweek van deze vogels geeft doorgaans geen problemen, mits het paartje minstens anderhalf jaar oud is. Een geschikte nestkastje voor deze vogels is een natuurlijk broedblok.

Het vrouwtje legt gemiddeld 5 eieren en wordt in ca. 19 tot 21 dagen bebroedt. Het voeren van de jongen neemt de moeder de eerste dagen op zich. Als ze wat ouder zijn springt het mannetje bij.  Na een week van 4 tot 5 verlaten ze het nest en worden tot een week of 8 nog gevoerd. Het kan een jaar duur voordat de jongen op kleur zijn.