De grootste en talrijkste Europese mees. De Koolmees heeft een opvallende zwarte kop met witte wang. De rug is groenachtig, vleugels blauwgrijs. Witte vleugelstreep. Onderzijde geel met zwarte lengtestreep in het midden. Het mannetje heeft een bredere streep dan het vrouwtje.
De Koolmees is niet schuw, kan zelfs van de hand eten. Foerageert vaker dan andere mezen op de grond en komt vaak op voedertafels.
Ze zijn zeer talrijk en wijd verspreid. Broedt in bossen, bosschages, heggen, parken, tuinen en nestkasten. Het nest wordt gemaakt van mos, wortels, halmen en wol. Van binnen met haren en pluis bekleed. De Koolmees eet in de zomer voornamelijk insecten en insectenlarven. Na de broedtijd ook zaden.